Betekenis van:
vragen

vragen
Werkwoord
  • informeren, een vraag stellen
"(aan) iemand iets vragen"
"vragen of/hoe/wie/wat..."

Hyperoniemen

Hyponiemen

vragen
Werkwoord
  • vereisen
"inspanningen vragen"
"redactiewerk vraagt heel wat energie en concentratie"

Hyperoniemen

Hyponiemen

vragen
Werkwoord
  • het onvermijdelijk maken
"Je vraagt erom uit gelachen te worden"

Hyperoniemen

vragen
Werkwoord
  • (bij het kaartspel) aankondigen dat men het genoemde aantal slagen of punten meent te kunnen halen; bij kansspelen
"Ik vraag schoppenaas."

Synoniemen

Hyperoniemen

vragen
Werkwoord
  • verzoeken
"(iemand) vragen (om) te..."
"(iemand) vragen of ..."

Hyperoniemen

Hyponiemen

vragen
Werkwoord
  • mondeling of schriftelijk informatie verzoeken
"Hij vroeg hoe die machine werkt."
vragen
Werkwoord
  • mondeling of schriftelijk actie verzoeken
"Zij vroeg of iemand haar de kaasschaaf kon aangeven."
vragen
Werkwoord
  • het verzoek tot iem. richten ergens of bij iem. te komen, iets te doen enz.
"Wij vragen u om deze opdracht uit te voeren."

Synoniemen

Hyperoniemen

vraag (de ~ | meervoud vragen)
Zelfstandig naamwoord
  • vraagstuk; complex probleem; kwestie, probleem; moeilijkheid
"dat is zeer de vraag"
"voor de vraag staan"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

vraag (de ~ | meervoud vragen)
Zelfstandig naamwoord
  • verzoek om informatie
"de vraag wat we vanavond eten"
"en vraag om [geld/hulp]"

Hyperoniemen

Hyponiemen

Werkwoord


Voorbeeldzinnen

  1. Laten we Tom vragen.
  2. Heeft u nog vragen?
  3. Ga hulp vragen.
  4. Mag ik je iets vragen?
  5. Bob kan alle vragen beantwoorden.
  6. Moet ik alle vragen beantwoorden?
  7. Mag ik je iets vragen?
  8. Mag ik je iets vragen?
  9. We vragen ons af waarom.
  10. Mag ik je iets vragen?
  11. Ik kon alle vragen beantwoorden.
  12. Waarom vragen we hem niet om advies?
  13. Ik zal je vandaag verder niets vragen.
  14. Hij stelde enige vragen over het wiskundeproefwerk.
  15. Ik zou twee vragen willen stellen.