Betekenis van:
schellen

schellen
Werkwoord
  • aanbellen, de schel laten klinken
schellen
Werkwoord
  • een deurbel doen overgaan

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

schel (de ~ | meervoud schellen)
Zelfstandig naamwoord
  • klokje dat een hoge toon voortbrengt

Hyperoniemen

Hyponiemen

Werkwoord


Voorbeeldzinnen

  1. De schellen zijn van mijn ogen gevallen.