Betekenis van:
loyaal

loyaal
Bijvoeglijk naamwoord
  • loyaal; trouw; trouw
"loyaal aan [iemand]"

Synoniemen

Hyperoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. Loyaal is ze begonnen, loyaal blijft ze
  2. De Commissie en de lidstaat moeten in dat geval — overeenkomstig de in artikel 10 van het EG-Verdrag vermelde verplichting om loyaal samen te werken — te goeder trouw samenwerken om de moeilijkheden uit de weg te ruimen en daarbij de bepalingen van het Verdrag — en met name de bepalingen inzake steunmaatregelen — ten volle naleven,