Betekenis van:
knelpunt

knelpunt (het ~ | meervoud knelpunten)
Zelfstandig naamwoord
  • punt waar veel problemen zijn; knelpunt
"een belangrijk/groot knelpunt"
"een knelpunt vormen"

Synoniemen

Hyperoniemen

knelpunt
Zelfstandig naamwoord
  • knooppunt van verkeersstromen; kruispunt in de vorm v.e. klaverblad

Synoniemen

Hyperoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. Maar ook in dit geval ontstaat een knelpunt in de bouwloodsen.
  2. (De oorzaak kan een technisch knelpunt zijn in de zuurstoftoevoer, de voorwarmovens, de bovenloopkranen, enz.)
  3. Het knelpunt is echter het gehalte aan chemisch zuurstofverbruik (CZV) in het water.
  4. Het probleem ligt daarom vooral in de noodzaak om een knelpunt in de capaciteit van de huidige vervoersmodaliteiten te voorkomen.
  5. Het enige mogelijke mechanische knelpunt dat grote investeringen zou vergen om de productie te verhogen, is de machine waarmee het optische blok wordt geproduceerd.
  6. beogen een knelpunt te doen verdwijnen of een ontbrekende schakel in een belangrijke verbinding van het trans-Europese net aan te vullen, in het bijzonder grensoverschrijdende projecten, projecten die natuurlijke barrières overschrijden of een grensoverschrijdend gedeelte hebben;
  7. Het grootste knelpunt voor de vergroting van de capaciteit is namelijk de tijd die nodig is om nieuwe werknemers op te leiden in de assemblage en de fabricage van TCS.
  8. De Commissie heeft allereerst de huidige technische capaciteit van de werf beoordeeld. In dat verband heeft zij gesteld dat het assembleren van de schepen in de dokken een knelpunt in het productieproces van de werf is dat niet simpelweg door outsourcing op te lossen is.