Betekenis van:
kloek

kloek (de ~ | meervoud kloeken)
Zelfstandig naamwoord
  • moederkip; kip die kuikens heeft
"een kloek met (zeven) kuikens"

Synoniemen

Hyperoniemen

kloek
Bijvoeglijk naamwoord
  • omvangrijk, uitvoerig
"[drie] kloeke delen"
"een kloek formaat/boekwerk"

Synoniemen

Hyperoniemen

kloek
Bijvoeglijk naamwoord
  • dapper; moedig; dapper; flink; stoutmoedig; onverschrokken; onversaagd; onversaagd; flink; stoutmoedig
"een kloeke jongen"
"een kloek besluit"

Synoniemen