Betekenis van:
geslepen

geslepen
Bijvoeglijk naamwoord
  • listig, doortrapt
"een geslepen onderhandelaar"

Synoniemen

Hyperoniemen

Werkwoord


Voorbeeldzinnen

  1. geslepen en mechanisch gepolijst
  2. gegraveerde of geslepen delen van juwelen.
  3. geslepen of op andere wijze versierd
  4. Ander vuurgepolijst, geslepen of gepolijst glas, n.e.g.
  5. Bovenaanzicht van het deksel uit geslepen glas
  6. Scheitrechters, 1000 ml, met geslepen stop.
  7. Scheitrechters, 1000 ml, met geslepen stop.
  8. gegraveerde of geslepen delen van juwelen.
  9. Reageerbuizen: 160 × 16 mm, met geslepen stop.
  10. Optisch glas van 7003, 7004 of 7005, schuin geslepen randen, gegraveerd, enz.
  11. Maatkolven met geslepen stop en een smalle hals, 10, 25, 100 en 500 ml.
  12. Ander glas van 7003, 7004 of 7005, schuin geslepen randen, gegraveerd, enz.
  13. Optisch glas van 7003, 7004 of 7005, schuin geslepen randen, gegraveerd, enz.
  14. Ander glas van 7003, 7004 of 7005, schuin geslepen randen, gegraveerd, enz.
  15. Glazen cilinder met een inhoud van 1 liter, voorzien van een slijpstuk en een geslepen stop.